Voornaam: Gino
Achternaam: Bartali
Nationaliteit: Italië
Leeftijd: gestorven op 05-05-2000 – 85 jarige leeftijd
Geboortedatum: 18-07-1914
Geboorteplaats: Ponte a Ema
Bijnamen: de Zwijgzame, de Vrome, de Mystieke of de Monnik, omwille van zijn intens katholieke geloof, en de Nordist van Toscane vanwege zijn geboortestreek Toscane gekoppeld aan zijn voorkeur voor de Vlaamse wedstrijden.
We laten heel graag de zeer speciale carrière en het leven naast de koers even herleven in zijn verhaal.
Voor Bartali begint het allemaal in 1935 wanneer hij een ritzege boekt in de Giro d ‘Italia. Zowel in 1936 als in 1937 wordt hij eindwinnaar met respectievelijk drie en vier ritoverwinningen. Tevens wordt hij drie keer winnaar van het puntenklassement. In 1937 rijdt hij ook de Tour de France met winst in één rit maar dan volgt er een opgave. Eindwinst en winst in het bergklassement is er in 1938. In dat jaar is er ook tweemaal ritwinst, waarvan er één heel bijzonder is. Hij geeft zichzelf op 18 juli een mooi verjaardagscadeau met ritwinst in de elfde etappe Montpellier-Marseille.
De verdere carrière van Bartali werd dan flink onderbroken door de tweede wereldoorlog. Toch zet hij o.a. nog een derde Giro op zijn palmares (1946), een tweede Tour de France (1948), 2 keer Milaan – San Remo en de Ronde van Zwitserland bij op zijn palmares. In 1950 leek Bartali zelfs op weg naar zijn derde Tourzege. Maar in de Pyreneeën etappe naar Saint-Gaudens, die hij trouwens won, liep het grondig mis. Tijdens de beklimming van de Col d’Aspin bedreigden, bespuwden en bespotten de supporters de Italianen. Bartali vertelde na de huldiging in Saint-Gaudens, dat de twee Italiaanse ploegen de Tour zouden verlaten. En zo geschiede het ook.
Het mag duidelijk zijn dat het uiteindelijke palmares van Bartali er zonder de oorlog en de vele incidenten heel anders had uitgezien. Maar dat vond Bartali uiteindelijk maar bijzaak, want hij was naast renner ook actief op andere fronten.
Held tijdens de oorlog
In 1938 won Bartali dus zijn eerste Tour de France. Die overwinning was voor de Italianen een regelrechte staatszaak. De toenmalige Italiaanse dictator Benito Mussolini zag in een Touroverwinning het bewijs van de kracht van Italië. Dat de Italianen de belangrijkste wielerwedstrijd ter wereld konden overheersen was een heuse prestigekwestie voor het fascisme in Italië. Bartali werd met zachte dwang gevraagd om zijn zege op te dragen aan Mussolini, maar hij weigerde. Dit was voor Mussolini een ernstige belediging, en voor Bartali een groot risico. Mussolini had net de Italiaanse rassenwetten uitgevaardigd, waarmee Joden hun burgerschap verloren en geen kans meer maakten op een baan bij de overheid of andere belangrijke posities.
Postbode voor de Joden
Tijdens de oorlogsjaren werd Bartali benaderd door de kardinaal van Firenze, aartsbisschop Elia Dalla Costa. De aartsbisschop had een netwerk opgezet om Joden te helpen. Joden kregen onderdak in kloosters en gebouwen van de katholieke Kerk. Bartali, die bekendstond om zijn lange en intensieve trainingen, bracht zo valse papieren verborgen in zijn frame van de ene plaats naar de andere. Als Bartali tegengehouden werd bij checkpoints, was het erg gemakkelijk om de soldaten af te leiden door een gesprek over de koers te beginnen. Hij vroeg de soldaten ook om zijn fiets niet aan te raken omdat die precies volgens zijn maten was afgesteld. Zo zou Bartoli ook regelmatig in zijn race-outfit en in de nationale driekleur naar het treinstation van Trentola fietsen. Dit station was een belangrijk grensstation tussen het bezette noorden en het bevrijde zuiden van Italië. Als hij dan daar van zijn fiets stapte verzamelde zich onmiddellijk een massa fans rondom hem, waardoor ook de politie meer oog voor hem had dan voor wat er daarnaast gebeurde. Zo kon het verzet dan Joden naar een andere trein smokkelen die hen dan naar het veilige zuiden bracht.
Heldenstatus
Na de oorlog won Bartali on 1948 nog één keer de Ronde van Frankrijk en opnieuw werd die overwinning door de politiek gebruikt. Het politieke klimaat was ook toen nog erg revolutionair na een mislukte moordaanslag op de communistische leider Palmiro Togliatti.
Om de eenheid terug in het land te brengen zou de Italiaanse president Luigi Einaudi aan Bartali gesmeekt hebben om de Tour de France te winnen. Bartali deed wat hem gevraagd werd en de Touroverwinning versterkte inderdaad het samenhorigheidsgevoel van de Italianen. Hiervoor werd hij na zijn dood ook geprezen in de Italiaanse pers. Over wat hij voor de Joden had gedaan werd echter met geen woord gerept. Later werd dit zelfs in vraag gesteld en afgedaan als een mooi verhaal…
En zo blijven we toch een beetje op onze honger zitten over de heldenstatus die Bartali in de oorlog en buiten het wielrennen vergaard had.
Maar van één ding zijn we zeker; zijn wielerpalmares blijft voor eeuwig overeind!
Text: Patrick Van Gansen